Door
Marcel
Spenkelink
Een gesprek met oprichter/  voorzitter Ton Wanders

Een eeuw geleden, in de tijd dat we in de dorpen nog het landelijke leven hadden, waren kippen heel gewoon in het straatbeeld. De meeste mensen hielden een aantal kippen in eerste instantie vanwege de eieren en uiteindelijk werd het vlees natuurlijk ook gegeten. Die kippen scharrelden hun maaltje de hele dag door bij elkaar en dat werd dan nog aangevuld met restjes uit de keuken als die er waren. Daarmee kreeg je een type kip dat gezond en sterk was, mooie eieren legde en het vlees was heel smakelijk. Vergelijk die kippen met de kip zoals die voor de massaproductie van eieren en vlees in de moderne tijd gehouden wordt en het wordt snel duidelijk wat er mis gaat. De kippen hebben over het algemeen een allerminst benijdenswaardig bestaan en de kwaliteit van het vlees is vaak twijfelachtig.

Meters vliegen
Het Mergellandhoen is een zeer goed voorbeeld van een kippenras dat in de vrije loop gehouden kan worden. Ze kunnen een hoogteverschil van 2-3 meter vliegend overbruggen, zodat ze zich veilig kunnen stellen voor een aanval van bijvoorbeeld een vos. Als er een vaste plek ingericht wordt waar ze iedere dag op hetzelfde tijdstip hun voer krijgen, dan zullen ze die plek ook gebruiken om hun eieren te leggen.
Op boerderijen waar ook aan veeteelt en het maken van kaas gedaan werd, werden deze kippen ook wel met het afval van de kaasproductie gevoerd, waardoor ze mooi wit vlees kregen (Le Poule Blanc).

Deze kippen werden niet alleen gehouden voor hun eieren en het vlees, er werd ook druk mee gehandeld op de markten. Boeren die vele tientallen kippen hadden, verkochten daarvan aantallen aan marktkooplui die door de streek trokken van markt naar markt. Zo is het Mergellandhoen in de loop der tijd in een steeds groter wordend gebied verspreid geraakt. Wat begon in 1896 op het plateau van Herve in Wallonië verspreidde zich op die manier, maar ook door huwelijken tussen paren uit verschillende regio’s over een steeds groter wordend gebied tot ver in Limburg. Het kippenras Mergellandhoen zoals wij dat nu kennen werd toen officieel erkend als een kippenras. Eigenlijk was het toen een prestigeobject van de beter gesitueerden uit de regio (staalfabrikanten en eigenaren van kolenmijnen) die dit ras in eerste instantie kweekten op schoonheid om elkaar de loef af te kunnen steken. Zij hadden met kippen uit verschillende Europese rassen verder gefokt tot ze o.a. de zwarte versie van het hoen hadden. Het ras werd geregistreerd als Poule de Herve ofwel het Hervehoen in het Nederlands. Later is men in de Eurregio Limburg de naam Mergellandhoen gaan gebruiken met toestemming van het Register, om een directe link te krijgen met die regio.
Dit nieuw geregistreerde ras had dus naast een aantal puur uiterlijke eigenschappen vooral bekendheid vanwege zijn vermogen om korte afstanden vliegend te kunnen overbruggen, het vermogen om zijn kostje bijeen te scharrelen in de natuur en de goede kwaliteit van het vlees en de eieren. Na 1900 ontstaat er een verschuiving in de pluimveehouderij. De kippen worden steeds vaker in hokken en later stallen gehouden voor specifiek het vlees of de eieren en daardoor verwaterde het pakket van eigenschappen dat de kip ‘van huis uit’ had. Men fokte met rassen die specifiek veel vlees produceerden of die een goede leg als primaire eigenschap hadden. De kippen vlogen ook niet meer en zo verdween langzamerhand dit ras in de vergetelheid.
Een jaar of dertig geleden waren er dan ook nog maar een klein aantal exemplaren over die nog steeds de originele eigenschappen hadden.

In die tijd heeft een vereniging met de naam “Les Eleveurs de Poule de Herve” zich het lot van dit uitstervende ras aangetrokken. Met een ledental van 10-15 personen is men begonnen uit ideële overwegingen om het ras op basis van de in 1896 vastgelegde eigenschappen weer terug te fokken. Met succes. Het was echter een klein gezelschap. Door ouderdom vielen leden af die niet meteen vervangen konden worden en soms had een vos succes bij de overval van een kippenren. Ze hadden het moeilijk.

Op 100 na uitgestorven
Een jaar of 8 geleden is Ton Wanders op zoek gegaan naar welke rassen er traditioneel op de boerderijen in Limburg te vinden waren. Tijdens die zoektocht kwam hij in een breder gebied, zoals Noord-Brabant en andere streken van het land. Het werd hem duidelijk dat het zwarte ras waar velen over spraken niet uit Nederland kwam, het moest dus uit België komen. Verder zoekend is hij toen in contact gekomen met het kleine gezelschap kippenfokkers die probeerden het ras in leven te houden waarbij het al gauw duidelijk was dat het voortbestaan van het ras nog lang niet verzekerd was. Er waren er nog maar 100-150 over.

In die gesprekken heeft Ton Wanders toen met de Walen besproken hoe hij kon helpen. Hieruit voortvloeiend is hij zelf het ras gaan fokken, nadat hij zich in de specifieke kenmerken had verdiept. Hij begon met 4 hennen, maar wel met een heel andere doelstelling dan de Waalse enthousiastelingen. Zij fokten het ras alleen maar voor presentatie op de grote tentoonstellingen, maar Ton stelde zich tot doel het ras weer in ruime mate terug te introduceren in de Euregio. Hij zoekt dus fokkers die die hoenders niet voor de tentoonstellingen of voor de slacht fokken maar om liefhebbers te voorzien van kippen. En hoeveel moeten er dan gefokt worden? Ton Wanders zegt: "Alleen dat aantal waar vraag naar bestaat. We creëren dus geen aanbod, maar we proberen vraag te creëren. Zij die geïnteresseerd zijn om een aantal Mergelland hoenders te hebben moeten zich dus bij ons melden, bijvoorbeeld via onze website: http://www.mergellandhoen.nl/ , om die wens kenbaar te maken. Wij gaan dan die kippen fokken en als ze er uiteindelijk zijn kunnen ze naar hun nieuwe baas toe."
Als de kuikens een week of 6 oud zijn worden ze voorzien van een permanente ring om een poot waarop “Mergellandhoen” staat en een uniek nummer. Zo worden alle kuikens genoteerd in het register en kan altijd worden teruggezocht wie de kip gefokt heeft en welke afstamming de kip heeft. Zo wordt de raszuiverheid gegarandeerd middels een certificaat dat bij de kip hoort.

Kippen met en zonder ring
Individuele eigenaren staat het vrij om met hun eigen kippen verder te fokken en ze mogen ook de naam Mergellandhoen gebruiken voor de nieuwe leg. Deze kippen krijgen echter geen ring en geen certificaat, want dat is voorbehouden aan het tiental fokkers van de stichting. Alleen zij kunnen garanderen dat er geen invloeden van buitenaf zijn en dat het om een volbloed kip gaat. Zij fokken uitsluitend ten behoeve van het instandhouden van het culturele erfgoed. Zo zal geen van deze fokkers ooit zijn kippen aanbieden aan bijvoorbeeld een restaurant hoewel de smaak absoluut perfect is. Individuele fokkers kunnen dat wel doen. Het staat hen vrij om dat ook op commerciële basis te doen. Men zou ze kunnen fokken met als doelstelling restaurants in de periode september tot december te voorzien van deze hoenders die dan als specialiteit geserveerd kunnen worden. Daarnaast, aangezien de leden van het genootschap altijd een overschot aan hanen hebben, zou men bij het organiseren van een bijzondere soiree voor bijvoorbeeld een goed doel het genootschap kunnen benaderen met de vraag of er hanen beschikbaar zijn die dan door een kundige chef als een delicatesse aan het gezelschap voorgezet kunnen worden. Dit kan echter alleen in het geval van een bijzondere avond. Als het er alleen maar om gaat een lekkere kip te eten dan stelt het genootschap daarvoor geen hanen voor ter beschikking.

Expertisecentrum
De stichting is op 25 mei 2012 opgericht in Noorbeek, met de doelstelling om de hoenders in 2022 in de regio teruggebracht te hebben. Waar men heel blij mee is is de vaststelling dat in de 4-5 jaar van het bestaan inmiddels deze doelstelling al gerealiseerd is. De "branding" van het hoen is daarmee door Tom Wanders gegarandeerd. Mensen vinden het echt heel leuk deze kippen in hun tuin te hebben bij hun boerderij, in de zorginstelling, de kinderboerderij en noem maar op. Wanders stelt dat dit hoen een bindende factor kan zijn in de zorg, het onderwijs en de economie in de Euregio. Hij ziet grote kansen om nieuwe verbindingen te maken. Innovatie is niet altijd techniek. De volgende stap is de oprichting van een Euregionaal expertisecentrum waarin een verbinding gemaakt wordt tussen het bedrijfsleven, de zorg en het onderwijs. Die verbindingen bestaan al maar nog niet met het Mergelland hoen als verbindende factor. Daar waar het hoen in het verleden op de kar van markt naar markt meegenomen werd is zij nu degene die de kar trekt. De kar van samenwerkingsverbanden binnen de Euregio. Hoewel het doel duidelijk voor ogen staat is het binnen de stichting nog niet helemaal duidelijk hoe de weg daar naartoe er uit zal gaan zien. Dit is een ontwikkelingsproces waar momenteel druk aan gewerkt wordt. In het onderwijs bijvoorbeeld is het Citaverde college bezig met het onderricht aan jongeren in de richting van plantsoenen, konijnen, kippen enzovoort. Men doet dat in de provincie Limburg. Door een Euregionaal expertisecentrum op te zetten met het hoen als verbindende factor kan dit onderwijs gekoppeld worden aan het onderwijs in bijvoorbeeld Eupen, Visé, Hasselt en noem maar op. Wanders zegt: "Als we dit kunnen gaan doen op MBO en Universitair niveau dan kan het fokken van dit hoen naar een veel hoger niveau getild worden en ook voor sociale doeleinden aangewend worden. Denk maar eens aan mensen met autisme, mensen met een meervoudige beperking en demente bejaarden; ook voor al deze mensen is de directe omgang met een dier van grote waarde. Hiervoor zouden we het Mergelland hoen goed kunnen inzetten. Er is al een programma uitgewerkt waarmee we kunnen realiseren dat een kippenren met hoenders volledig verzorgd aan bijvoorbeeld een demente bejaarde ter beschikking gesteld wordt. Die hoeft er alleen maar van te genieten want alle andere zaken zoals voer, drinken en transport zijn geregeld. Hiervoor zouden we heel goed mensen die een baantje zoeken kunnen gebruiken, maar dan hebben we wel de hulp van het bedrijfsleven nodig."

Lodges met kippenren
Het is altijd de visie van Ton Wanders geweest dat dit mogelijk zou moeten zijn. Niet voor het financieel gewin, maar puur voor de ideologie. Toen hij eenmaal een drietal mensen had gevonden die zijn visie begrepen en daar ook interesse in hadden groeide de organisatie langzaam maar gestaag. Een illustratief voorbeeld is een ondernemer die in eerste aanleg de verbinding tussen het hoen en zijn landgoed camping niet zag. Nu worden er een aantal lodges gebouwd met een geïntegreerde kippenren. Men kijkt vanuit de keuken direct in het kippenhok en de ruimte waar de eieren gelegd worden is vanuit de lodge te openen voor het rapen van de eieren. Van binnen ziet het leghok er uit als een koelkast waar je de kippen hun eieren kunt zien leggen. Hiermee wordt een direct verband gelegd tussen het hoen en de kampeerders en dus ook met een stuk levend cultureel erfgoed van deze Euregio. Dat sprak de eigenaar van de camping aan en daarmee was de relatie geboren. Het bedenken van deze verbindingen is de kracht van Ton Wanders waarmee hij het genootschap iedere keer weer een stap verder voert naar die horizon. Zo wordt de weg naar het doel duidelijker bij iedere nieuwe ontwikkeling.

U hebt nu een globaal idee hoe het concept van de stichting Het Mergelland hoen opgezet is. In volgende afleveringen over dit thema wordt nader ingaan op de wijze waarop dit levend cultuurerfgoed geïntegreerd kan worden in de zorg, het onderwijs en de economie.

11 oktober 2016